Bruce en Patti Scialfa waren vanwege een coronabesmetting niet persoonlijk aanwezig bij het American Music Honors-evenement op 15 april. Stevie Van Zandt, Sam Moore, Darlene Love en Steve Earle werden door The Bruce Springsteen Archives and Center for America geëerd voor hun muzikale prestaties en sociaal-maatschappelijke betrokkenheid. Bruce sprak de gelauwerden wel toe via een aantal videoboodschappen.

Bob Santelli verklaarde aan het begin van de gala-avond in het Pollak Theatre op de campus van Monmouth University dat Bruce en Patti diezelfde ochtend positief getest waren. Presentator Jon Stewart voegde daaraan toe dat ze allebei weinig klachten hadden. Ook in zijn videoboodschappen deed Bruce er zelf luchtig over. Springsteen had een boodschap voor Darlene Love en voor Little Steven. Hij vertelde dat hij samen met Stevie in 1982 Darlene Love in The Roxy in Los Angeles zag optreden (ze zong ‘Hungry Heart’ bij het optreden) en daarna bevriend met haar raakte. Love zei in haar speech dat dankzij Bruce en Little Steven haar muzikale carrière weer uit het slop raakte.

Bruce noemde Stevie in zijn videoboodschap een “puur rock-‘n-roll beest. Hij doet het allemaal: hij is een zanger, een geweldige gitarist, schrijft liedjes, een bandleider, geweldige producer en performer. Een acteur, activist, hij heeft een platenmaatschappij. En dan is er nog de kleding, de mode. Hij doet dit alles in navolging van een grootser visioen over de muziek uit zijn jeugd, die veel betekende.” Bruce zei dat hij Steve voor het eerst ontmoette op een half uur rijden van waar hij nu woont, in de Hullabaloo club in Middletown, New Jersey. “En mijn wereld is nooit meer hetzelfde geweest. Ik vond voor altijd mijn rock-‘n-roll partner in crime. Bruce haalde daarbij het tekstregeltje uit ‘Bobby Jean’ aan: “Yes, we liked the same music. Yes, we liked the same bands…. And I suppose at one time, we liked the same clothes.”

Garry Tallent gaf een toespraak voor Steve Earle, die vervolgens in zijn dankwoord zei dat deze eer veel voor hem betekende vanwege de connectie met Springsteen. “Hij is de singer-songwriter van onze generatie, en de beste performer – qua communicatie met publiek – die ooit uit rock-‘n-roll is voortgekomen.” Southside Johnny maakte ook zijn opwachting en sprak soullegende Sam Moore toe. De gouverneur van New Jersey, Phil Murphy, verklaarde 23 september, de verjaardag van Springsteen, als “Bruce Springsteen Day” in de staat New Jersey.

Steve Earle, Little Steven en Southside Johnny tijdens het American Music Honors-evenement. (foto: Frank Stefanko)

De muzikale omlijsting van de avond was in handen van Little Stevens begeleidingsband The Disciples of Soul. De vooraf geplande setlist was gericht op Springsteens aanwezigheid, maar zijn afwezigheid liet de pret niet drukken. Zo speelden Darlene Love en Little Steven ‘Hungry Heart’, deden Southside Johnny, Stevie Van Zandt en Steve Earle ‘It’s Been a Long Time’ (waarbij Earle zei dat hij het nummer voor het eerst hoorde) en zongen Southside, Van Zandt en Earle samen ‘Tenth Avenue Freeze-out’. Sam Moore deed met Stevie, Steve Earle, Darlene Love en Southside Johnny ‘Soul Man’. Earle speelde zijn eigen nummer ‘Copperhead Road’ en Love deed ‘River Deep, Mountain High’. Little Steven speelde zijn nummer ‘Bitter Fruit’. De avond werd afgesloten met een duet van Southside Johnny en Little Steven op ‘I Don’t Want to Go Home’.