Bij de show van 19 augustus stonden drie Nebraska-nummers achter elkaar op de setlist: ‘Atlantic City’, ‘My Father’s House’ (de tweede uitvoering ooit) en ‘Reason to Believe’ (de opname van deze uitvoering kwam al officieel uit op the Live 1975/85 box). Voorafgaand aan ‘My Father’s House’ vertelde Bruce dat hij vroeger als kind door een bos moest wanneer hij bij een vriendje was gaan spelen en ’s avonds naar huis ging. “En als ik het bos gepasseerd had, dan moest ik daarna nog langs mijn vader zien te komen. Dat vond ik soms nog enger.”
In de tweede set na de pauze speelden de Miami Horns mee met ‘Tenth Avenue Freeze-out’. Bruce speelde een mooie akoestische versie van ‘No Surrender’ en in het midden van ‘Growin’ Up’ vertelde hij een vroege versie van verhaal dat hij met Clarence tijdens een nachtelijke autorit door New Jersey een lekke band kreeg, waardoor ze samen door een donker bos moest lopen. Ze kwamen daar beren tegen (twee crewleden van Springsteen stonden op het podium als beer verkleed) en uiteindelijk vonden ze daar de gitaar en saxofoon waarmee het doel in hun leven bepaald werd. Later in de tour evolueerde dit verhaal verder met een waarzegger (gespeeld door Barbara Carr) en meer verklede crewleden op het podium.
De Miami Horns kwamen bij de laatste toegiften meedoen met de ‘Detroit-medley’ (met daarin ‘Travelin’ Band’ van John Fogerty) en ‘Twist and Shout / Do You Love Me’.